De beperkingen op het gebruik van drones, een Europese evolutie

Technologie gaat altijd gepaard met innovatie maar innovatie gaat echter vaak gepaard met verouderde wetgeving. Een goed voorbeeld is de wetgeving die in België van toepassing was met betrekking tot het gebruik van drones. De Belgische wetgeving had namelijk enkele aanzienlijke verschillen met die uit onze buurlanden en werd door dronehobbyisten vaak als veel te beperkend gezien.

Vanaf 1 januari 2021 is het gebruik van drones geregeld via Europese wetgeving. Bijgevolg gelden deze regels voor alle landen van de Europese Unie. De nieuwe Europese regelgeving heeft twee doelstellingen. Enerzijds dient deze regelgeving ons luchtruim veilig te houden daar dit elk jaar drukker en drukker wordt. Anderzijds werd deze regelgeving in het leven geroepen met oog op het creëren van innovatieve toepassingen met drones die verschillende werkzaamheden ondersteunen, zoals verkeersmanagement, het gebruik door de media en toepassingen in de landbouw.

De nieuwe Europese regelgeving brengt met zich mee dat er een opleiding vereist is voor het gebruik van grotere drones (>250 gram). Tevens dienen grotere drones geregistreerd te worden bij de FOD Mobiliteit en Vervoer. Dit is ook het geval indien het een kleinere drone betreft die is uitgerust met een camera.

Het recreatief gebruik van drones valt nu onder de “open categorie”, waarbinnen een onderscheid wordt gemaakt tussen A1, A2 en A3. Subcategorie A1 omvat drones van 0 tot 500 gram, subcategorie A2 bevat drones tussen de 500 gram en 2 kilogram. De subcategorie A3 betreft drones tussen de 2 en 25 kilogram. Naargelang het type drone dient er ten allen tijde een zekere afstand gehouden te worden van niet-betrokken personen en wegen. Deze afstand loopt op tot 150 meter bij de subcategorie A3.

Een belangrijke vernieuwing met de Europese regelgeving is dat nachtvluchten nu wél toegelaten zijn. In dit geval zijn de regels met betrekking tot subcategorie A3 van toepassing (ook bij kleinere drones). Er dient wel een constante “Visual Line Of Sight” behouden te worden opdat de drone goed kan onderscheiden worden van andere objecten in het luchtruim en de drone dient voorzien te zijn van een groen knipperlicht.

Voor lichtere drones gelden nauwelijks regels. Er dient wel een hoogtelimiet gerespecteerd te worden en de privacy mag niet worden geschonden.

Voor grotere drones (>250 gram) is er ook een bijkomende registratieplicht vereist alsook het afleggen van een theoretische test. Naarmate de drones zwaarder worden, zullen de vereisten ook strikter worden. Dit is ook het geval indien je over mensen wilt vliegen of buiten het zicht van de camera wil navigeren.

De registratieplicht omvat twee delen. Eerst dient er een exploitantnummer aangevraagd te worden. Via dit exploitantnummer is de drone traceerbaar over de hele Europese Unie. Vervolgens dient een Europees dronebewijs aangevraagd te worden bij het Directoraat-generaal Luchtvaart, die verantwoordelijk is voor het ontwikkelen en beheren van het Belgisch luchtvaartveiligheidsprogramma, conform de ICAO (International Civil Aviation Organisation) normen.

Het achterliggende motief van de nieuwe Europese wetgeving is een vermindering van het aantal mogelijke incidenten die zich kunnen voordoen door het gebruik van drones. Daarenboven zorgt het gelijktrekken van de regels omtrent het gebruik van drones in de EU ervoor dat professionals meer ruimte krijgen om met drones te werken. In verscheidene beroepen worden drones alsmaar vaker en vaker gebruikt. Zo kan er bijvoorbeeld verwezen worden naar inspecties van moeilijk bereikbare plekken, zoals daken en bruggen, of incidentmanagement in het verkeer. Ook in sectoren zoals de film- en televisiewereld valt het gebruik van drones niet meer weg te denken.

Wenst u meer informatie omtrent het gebruik van drones of de regelgeving hieromtrent, aarzel dan niet om ons te contacteren.

BRON: https://www.fdr1.be/wetgeving-drones-belgie-europa/