Statuten vs. Aandeelhoudersovereenkomst

Er bestaan twee instrumenten om afspraken tussen aandeelhouders (en de vennootschap) te formaliseren: (1) de statuten van de vennootschap en (2) de aandeelhoudersovereenkomst.

    1. Statuten

De statuten van de vennootschap bevatten alle fundamentele gegevens van de vennootschap. Zij vormen de basisakte en bepalen haar identiteit, organisatie en werking.

Overeenkomstig het Wetboek van Vennootschappen en Verenigingen (WVV) dienen de statuten steeds een aantal minimale verplichte vermeldingen te bevatten (bv. naam, maatschappelijke zetel, datum jaarvergadering, …).

Daarnaast omvat het WVV een groot aantal aanvullende bepalingen die gelden voor alle vennootschappen, tenzij de statuten hiervan afwijken (bv. overdraagbaarheid van aandelen, …).

De statuten zijn aldus geen overeenkomst, maar vormen een essentieel element voor het bestaan van de vennootschap en zijn onderworpen aan de regels van het WVV.

    1. Aandeelhoudersovereenkomst

Een aandeelhoudersovereenkomst is in wezen een overeenkomst en aldus ook onderworpen aan het gemeen recht uit het Burgerlijk Wetboek (BW) dat van toepassing is op overeenkomsten.

Enkel partijen zijn gebonden door de aandeelhoudersovereenkomst en enkel zij kunnen er rechten aan ontlenen. Derden dienen het bestaan van de overeenkomst wel te erkennen, maar ze kunnen er geen rechten uit putten.

Twee voorbeelden verduidelijken het verschil tussen beide instrumenten:

a- Aandelenoverdrachtsbeperkingen

Een overdracht van aandelen die in strijd is met de statuten is in principe niet tegenwerpelijk aan de vennootschap en aan derden. De aandelenoverdracht wordt geacht niet te hebben plaatsgevonden t.o.v. de vennootschap.

Een aandelenoverdracht die in strijd is met de aandeelhoudersovereenkomst zal in principe wel tegenwerpelijk zijn aan de vennootschap en derden en brengt louter de contractuele aansprakelijkheid van de overdrager in het gedrang. De belanghebbende zal de overdracht formeel moeten aanvechten, in tegenstelling tot bij een aandelenoverdracht die de statuten miskent.

b- Besluiten van vennootschapsorganen

Als het bestuursorgaan of de algemene vergadering een besluit neemt in strijd met de statuten, dan kan dat besluit nietig verklaard worden. Neemt het bestuursorgaan of de algemene vergadering evenwel een besluit in strijd met de aandeelhoudersovereenkomst, dan kan dit enkel aanleiding geven tot contractuele aansprakelijkheid. Het besluit is dan niet nietig.

Waarom dan afspraken vastleggen in een aandeelhoudersovereenkomst i.p.v. in de statuten?

De voornaamste reden is de confidentialiteit.

De statuten van een vennootschap zijn immers openbaar en door iedereen raadpleegbaar (bv. via KBO, …), terwijl aandeelhoudersovereenkomsten enkel gekend zijn door de partijen en derden hier in principe geen inzage in hebben.

Vaak willen aandeelhouders dat bepaalde afspraken niet publiek worden gemaakt en dan is het nuttig om deze afspraken vast te leggen in een aandeelhoudersovereenkomst.

Doch, gelet op de beperkte werking van aandeelhoudersovereenkomsten, kan het in bepaalde gevallen wel nuttig zijn om een deel van de (niet-confidentiële) afspraken op te nemen in de statuten.

Het WVV heeft een grote flexibiliteit gecreëerd bij de opmaak van statuten, er is op heden een grote resem aan afspraken die in de statuten kunnen worden verwerkt.

Het is aldus aangeraden om voor iedere afspraak af te toetsen of u deze best opneemt in de statuten of in een aandeelhoudersovereenkomst.

Om discussies te vermijden dienen beide instrumenten zo complementair mogelijk te zijn.

Heeft u vragen over dit onderwerp, aarzel dan niet ons te contacteren!

Bron:

https://legalnews.be/ondernemingsrecht/vennootschapsrecht/de-zoektocht-naar-het-gepaste-instrument-om-afspraken-te-formaliseren-aandeelhoudersovereenkomsten-versus-statuten-ey-law/