Als bestuurder persoonlijk failliet verklaard worden: kan dat?

Bij het faillissement van een vennootschap, kan de bestuurder normaal gezien niet aangesproken worden om de schulden van de vennootschap te betalen, tenzij in geval van bestuurdersaansprakelijkheid, persoonlijke borgstelling of een openstaande rekening-courant.

Het komt voor dat een bestuurder toch verplicht wordt veel geld op tafel te hoesten en hij hiertoe niet in staat blijkt te zijn.

Om uit de schulden te geraken, bestaan er twee opties: een verzoek tot collectieve schuldenregeling of het persoonlijk faillissement. Wij lichten de laatste mogelijkheid hieronder toe.

De invoering van boek XX in het Wetboek Economisch Recht maakt het mogelijk dat een bestuurder, die op duurzame wijze heeft opgehouden te betalen, het faillissement aanvraagt. Het faillissement staat immers open voor ‘iedere natuurlijke persoon die zelfstandig een beroepsactiviteit uitoefent’.

In het algemeen wordt aangenomen dat gewezen bestuurders van vennootschappen kunnen gekwalificeerd worden als ondernemingen en dus persoonlijk failliet kunnen worden verklaard. Het is dan uiteraard wel vereist dat de faillissementsvoorwaarden worden voldaan:

    • op duurzame wijze opgehouden hebben te betalen;
    • geschokt zijn van het krediet.

Het grote voordeel van een persoonlijk faillissement t.o.v. een collectieve schuldenregeling, is dat het feit dat er op vrij korte termijn (met name vanaf 6 maanden) een kwijtschelding van de restschulden kan worden aangevraagd en de bestuurder dus relatief snel een nieuwe start kan nemen. Bij een collectieve schuldenregeling daarentegen wordt er in een afbetalingsplan voorzien dat loopt over een termijn van 5 tot 7 jaar. Pas hierna kunnen restschulden worden kwijtgescholden.

Daarnaast is het zo dat de rechtbank de gefailleerde in principe steeds bevrijdt van de restschulden ten aanzien van schuldeisers. Enkel als de gefailleerde een kennelijk grove fout heeft gemaakt die heeft bijgedragen tot het faillissement kan het verzoek tot kwijtschelding worden geweigerd of slechts gedeeltelijk worden toegekend. Elke belanghebbende met inbegrip van de curator en het openbaar ministerie, kunnen een aanvraag tot weigering van de kwijtschelding indienen vanaf de bekendmaking van het faillissementsvonnis. (zie artikel XX.173 WER)

Een bijkomend voordeel van het persoonlijk faillissement is dat de bestuurder die persoonlijk failliet wordt verklaard, zijn inkomsten die dateren van na de faillietverklaring en verkregen zijn uit de uitvoering van nieuwe/andere activiteiten die dateren van na het faillissement, zonder meer kan behouden. Het is dus mogelijk om onmiddellijk nieuwe activiteiten als zelfstandige op te starten en inkomsten voor eigen rekening te genereren.

Deze soepele regeling kadert in het uitgangspunt van de wetgever dat de ‘fresh start’ voor de ondernemer mogelijk wil maken en gezond ondernemerschap wil aanmoedigen.

Schuldeiseres blijven vaak ontgoocheld achter want hun mogelijkheden om hun schuldvordering te recupereren worden op deze manier bijna volkomen aan banden gelegd.

Indien u graag meer informatie wenst over dit onderwerp, aarzel dan niet ons te contacteren!

Bron:

  • Wet van 11 augustus 2017 houdende invoeging van het Boek XX “Insolventie van ondernemingen”, in het Wetboek van economisch recht, en houdende invoeging van de definities eigen aan Boek XX en van de rechtshandhavingsbepalingen eigen aan Boek XX in het Boek I, BS 11.09.2017, 83100.