Tijdelijk huisverbod bij huiselijk geweld

Het gebeurt wel vaker dat een slachtoffer van huiselijk geweld niet de stap durft te nemen om de misbruiker te verlaten. Ter bescherming van slachtoffers voor het huiselijk geweld is er een wettelijke regeling ingevoerd waarbij de mogelijkheid wordt gegeven om een tijdelijk huisverbod op te leggen aan de misbruiker.

Deze bevoegdheid werd aan de procureur des Konings toevertrouwd, doch slechts in één specifiek geval: indien uit feiten of omstandigheden blijkt dat de aanwezigheid van een meerderjarige persoon in de verblijfplaats een ernstig en onmiddellijk gevaar oplevert voor de veiligheid van één of meer personen die dezelfde verblijfplaats betrekken. Het betreft dus situaties waarbij fysieke of psychische dreigingen voorhanden zijn. Tevens moet er niet in elk geval sprake zijn van dreigingen tussen partners. Het huisverbod geldt evenzeer in andere samenlevingsvormen, zoals tussen vrienden of tussen broers en zussen.

Belangrijk is dat dit huisverbod ook preventief opgelegd kan worden indien de politie en de procureurs des Konings van mening zijn dat er te veel spanningen zijn binnen een gezin. Op deze manier kan soms huiselijk geweld vermeden worden.

Het huisverbod houdt in dat de uithuisgeplaatste de plicht heeft om onmiddellijk de gemeenschappelijke verblijfplaats te verlaten. Daarnaast zal de persoon tevens een verbod opgelegd krijgen tot het betreden van, zich op te houden bij of aanwezig te zijn in die verblijfplaats en om contact op te nemen van het slachtoffer van het huiselijk geweld en met de personen die tevens verblijven op de verblijfplaats van het slachtoffer.

Doch kan de procureur des Konings tot dergelijk huisverbod slechts besluiten nadat de politie de verdachte heeft gehoord. Hierbij zal hij de beslissing tot het huisverbod moeten motiveren en zal deze daarna bekeken worden door de familierechtbank.

De beslissing van de procureur des Konings zal meegedeeld worden aan de uithuisgeplaatste. Evenwel is de procureur des Konings verplicht om erna binnen de kortst mogelijke termijn via het meeste geschikte communicatiemiddel aan de uithuisgeplaatste en aan degenen die dezelfde verblijfplaats betrekken een afschrift mee te delen van het bevel tot huisverbod.

Dergelijk huisverbod kan niet oneindig worden opgelegd. Een huisverbod bij huiselijk geweld kan slechts worden opgelegd door de procureur des Konings voor 14 dagen. Binnen deze 14 dagen is er een zitting voor de familierechtbank waar de rechter kan beslissen om het huisverbod te verlengen en dit tot maximaal 3 maanden.

De procureurs des Konings heeft wel de bevoegdheid om dit huisverbod te allen tijde op te heffen, wanneer hij/zij van oordeel is dat het voorafgaande aangehaald gevaar geweken is. Hetzelfde geldt voor de familierechtbank.

 

Wanneer u meent het slachtoffer te zijn van huiselijk geweld en u hierbij hulp nodig heeft, mag u ons altijd contacteren voor verdere vragen.

Bron: wet 15 mei 2012 betreffende het tijdelijk huisverbod in geval van huiselijk geweld