Het oud Burgerlijk Wetboek begint langzamerhand voor eens en voor altijd te verdwijnen uit het rechtslandschap. Met de inwerkingtreding van Boek 6 van het nieuw Burgerlijk Wetboek is justitie slechts enkele boeken verwijderd van een algehele nieuwe invulling van het burgerlijk recht. Geenszins een overbodige luxe, gelet op het feit dat het oud BW zijn wortels heeft in de tijd van Napoléon met de Code Civil, mits de nodige aanpassingen over de jaren (eeuwen) heen.
De aangepaste structuur van het Nieuw Burgerlijk Wetboek behelst 10 boeken, waarvan reeds 6, binnenkort 7, in werking zijn getreden.
Men denke aan boek 1, alwaar de algemene bepalingen in vervat zijn, dat in werking getreden is op 1 januari 2023.
Boek 2 inzake het personen, familie en relatievermogensrecht is in werking getreden op 1 juli 2022 en tracht veel familiezaken over een andere boeg te gooien.
Boek 3 is op zijn beurt reeds in werking getreden op 1 september 2021. Het betreft hier de rechtsregels met betrekking tot de goederen en heeft al menig advocaten nieuwe rechtsregels doen toepassen.
Boek 4 inzake nalatenschappen, schenkingen en testamenten is eveneens in werking getreden op 1 juli 2022 daar deze een sterke associatie heeft met boek 2, gelet op het erfenisrecht als familiaal vermogensrecht.
Wederom bij de start van een nieuw jaar, mocht het boek 5 inzake verbintenissen zijn intrede maken op 1 januari 2023.
Ten slotte dient nog gewag gemaakt te worden van boek 8, alwaar de regels met betrekking tot het bewijsrecht in vervat zitten, dat als eerste in de rij in werking is getreden op 1 november 2020.
Op heden mogen we het nieuwe jaar 2025 ingaan met de inwerkingtreding van opnieuw een boek, zijnde boek 6 met betrekking tot de buitencontractuele aansprakelijkheid.
Er loeren niet al te veel grote veranderingen om de hoek doch de wetgever heeft niettemin getracht de insteek te veranderen.
Ten eerste is er de vernieuwde benadering van het causaal verband. Nagenoeg elke jurist kent de fundamenten waarop de buitencontractuele aansprakelijkheid op gebouwd is: er dient schade te zijn geleden, een fout dient hieraan aan de grondslag te liggen en er dient een oorzakelijk verband tussen beide aangetoond te worden.
Op dit laatste punt ontstond vaak wrevel want wat als er verschillende mogelijke aansprakelijken zijn en er geen duidelijkheid is wie effectief de schade veroorzaakt heeft? Men denke aan een schadegeval waarbij verscheidene fouten aanleiding hebben gegeven tot een welbepaald nadeel.
Het uitgangspunt was derhalve steeds de feitelijke causaliteit, daar waar de wetgever in het nieuwe boek 6 eveneens de juridische causaliteit in het leven wil roepen.
Indien er aldus niet opgemaakt kan worden wie de schade effectief heeft veroorzaakt en het klaarblijkelijk onredelijk zou zijn de schade te verhalen op één van de mogelijke aansprakelijken, zal de rechter moeten beslissen hen van de aansprakelijkheid te ontdoen of de aansprakelijkheid proportioneel te verdelen onder hen allen.
Een andere bijkomende verandering welke één van de essentiële aansprakelijkheidsregels wijzigt, betreft deze met betrekking tot minderjarigen.
Middels de toepassing van het huidig recht, dient de rechter een invulling te geven aan de zogenaamde leeftijd des onderscheids met dien verstande dat er veel ruimte was voor interpretatie. Wanneer een minderjarige effectief volwassen genoeg is om aansprakelijk gesteld te worden, is dit dan ook vatbaar voor lange discussies.
Het nieuwe boek 6 tracht de regeling te vergemakkelijken aan de hand van een duidelijke structurele aanpak.
Zo kunnen minderjarigen tot en met de leeftijd van 12 jaar nimmer aansprakelijk gesteld worden.
Bij geschillen inzake de aansprakelijkheid van minderjarigen tot en met 16 jaar, zullen de ouders niet meer aan hun foutloze aansprakelijkheid kunnen ontsnappen door het bewijs van goede opvoeding en/of zorgvuldig toezicht. Dit maakt de nieuwe regeling aldus strenger in hoofde van de ouders.
Dit bewijs kan niettemin geleverd worden teneinde de foutloze aansprakelijkheid te vermijden, mits de minderjarigen al 16 jaar geworden zijn.
Menig rechtenstudent zal zich het befaamde Cassatiearrest uit 1973 nog herinneren, waarin het fenomeen van het samenloopverbod ontstaan is.
Contractspartijen konden dientengevolge geen buitencontractuele vorderingen instellen tegen elkaar daar zij geacht werden de contractuele bepalingen trouw te blijven.
Enige uitzondering hierop betrof het begaan van een misdrijf, welke niet geheel onredelijk was.
Het nieuwe boek 6 tracht het samenloopverbod om te toveren tot het samenloopgebod. Contractspartijen kunnen vanaf het nieuwe jaar 2025 zelf beslissen op welke aansprakelijkheid zij een beroep willen doen, de contractuele of de buitencontractuele.
Uitsluiting van deze mogelijkheid is niettemin mogelijk in het contract zodat de nieuwe rechtsregel niet van dwingende aard is.
Ten slotte vormt de quasi-immuniteit van de uitvoeringsagent een punt van verandering.
Onder de oude regeling kon nimmer schade verhaald worden op de uitvoeringsagent, niet op basis van contractuele aansprakelijkheid noch op basis van buitencontractuele aansprakelijkheid.
Enige uitzondering hierop betrof wederom het begaan van een misdrijf.
Boek 6 gooit de quasi-immuniteit overboord en voert thans de mogelijkheid in om de uitvoeringsagent alsnog aan te spreken op basis van contractuele aansprakelijkheid.
Met al het bovenstaande in ogenschouw genomen, kan alleszins geconstateerd worden dat boek 6 van het nieuw Burgerlijk Wetboek op verschillende punten een strengere aanpak hanteert.
Op nostalgisch niveau dient echter besloten te worden dat enkele fundamentele rechtsfenomenen verdwijnen uit het Belgisch recht en daarmee enkel nog een herinnering zullen zijn voor reeds afgestudeerde rechtenstudenten (eveneens een minuut stilte voor het artikel 1382 van het oud Burgerlijk Wetboek).
BRON: https://justitie.belgium.be/nl/bwcc; https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article.pl?language=nl&sum_date=2024-07-02&pd_search=2024-07-01&numac_search=2024001600&page=1&lg_txt=N&caller=list&2024001600=1&view_numac=2024001600nx2024001600f&view_numac=2024001600nx2024001600f&numac=2024001600&choix1=en&choix2=en&fr=f&nl=n&du=d&trier=afkondiging