Als onderneming is het quasi onvermijdelijk dat u vroeg of laat overgaat tot de verwerking van persoonsgegevens van bijvoorbeeld uw cliënteel. Deze persoonsgegevens zijn alle gegevens die betrekking hebben op een geïdentificeerde of identificeerbare levende natuurlijke persoon (adressen, namen,..) of losse gegevens die samengevoegd kunnen leiden tot de identificatie van een bepaalde persoon.
Op grond van artikel 15 AVG heeft de betrokkene het recht om van de verwerkingsverantwoordelijke uitsluitsel te verkrijgen over het al dan verwerken van hem betreffende persoonsgegevens en, wanneer dat het geval is, om inzage te verkrijgen van die persoonsgegevens en van de volgende gegevens:
- De verwerkingsdoeleinden;
- De betrokken categorieën van persoonsgegevens;
- De ontvangers of categorieën van ontvangers aan wie de persoonsgegevens zijn of zullen worden verstrekt, met name ontvangers in derde landen of internationale organisaties;
- Indien mogelijk, de periode gedurende welke de persoonsgegevens naar verwachting zullen worden opgeslagen, of indien dat niet mogelijk is, de criteria om die termijn te bepalen;
- Dat de betrokkene het recht heeft de verwerkingsverantwoordelijke te verzoeken dat persoonsgegevens worden gerectificeerd of gewist, of dat de verwerking van hem betreffende persoonsgegevens wordt beperkt, alsmede het recht tegen die verwerking bezwaar te maken;
- Dat de betrokkene het recht heeft klacht in te dienen bij een toezichthoudende autoriteit
- Wanneer de persoonsgegevens niet bij de betrokkene worden verzameld, alle beschikbare informatie over de bron van die gegevens,..
In onze huidige tijd, waar er steeds meer belang wordt gehecht aan privacy en bescherming van persoonsgegevens, is de kans groot dat uw onderneming reeds geconfronteerd is met een dergelijke vraag tot inzage, of indien niet, de kans groot is dat dit in de toekomst gaat gebeuren.
Belangrijk om in het achterhoofd te houden is het gegeven dat het recht op inzage geen absoluut recht is. In art. 23 AVG worden enkele uitzonderingsgronden weergegeven. Zo kan het recht op inzage -niet limitatief- beperkt worden indien de beperking in een democratische samenleving een noodzakelijke en evenredige maatregel is ter waarborging van de nationale veiligheid, de bescherming van de onafhankelijkheid van gerechtelijke procedures, de inning van civielrechtelijke vorderingen of de bescherming van de betrokkene of van de rechten en vrijheden van anderen.
Deze laatste uitzonderingsgrond is reeds het voorwerp geweest van talrijke geschillen. Indien u met een vraag tot inzage geconfronteerd wordt, mag u er geen gevolg aan geven indien dit een aantasting kan vormen van de rechten en de vrijheden van anderen (bvb. zakengeheim, intellectuele eigendom,..). Het is dan ook belangrijk dat u dit telkens grondig nagaat om alzo problemen naar de toekomst te vermijden. Op inbreuken op de GDPR-wetgeving staan immers serieuze sancties.
Wordt uw onderneming geconfronteerd met een vraag tot inzage en wenst u hieromtrent juridisch advies, kan u steeds bij ons terecht.