De strijd tegen alcohol in het verkeer: het verplicht alcoholslot

Er wordt steeds strenger opgetreden tegen alcohol in het verkeer en vaker aan de hand van repressieve maatregelen, zoals het verplicht alcoholslot. Het doel is om het aantal verkeersdoden en -ongevallen sterk te doen dalen.

Wanneer een bestuurder een alcoholslot heeft, dient deze eerst te blazen in het slot alvorens het voertuig te kunnen starten. Wanneer het alcoholgehalte boven de 0,2 promille ligt, zal het voertuig niet starten. Om fraude tegen te gaan, moet de bestuurder op ad random momenten opnieuw blazen in het toestel.

In het kader van deze strijd, werd er in 2018 wetgevend opgetreden. Zo zijn vanaf 1 juli 2018 rechters verplicht een alcoholslot op te leggen aan bestuurders die betrapt worden met een alcoholconcentratie van 1,8 promille of meer. Gaat het om recidivisten, dan geldt deze verplichting vanaf 1,2 promille.

Vóór 1 juli 2018 kon de rechter ervoor kiezen om een alcoholslot op te leggen ingeval van intoxicatie vanaf 0,8 promille, ingeval van dronkenschap of ingeval van herhaling. Gezien het een mogelijkheid betrof, werd maar weinig overgegaan tot het daadwerkelijk opleggen van dergelijke veiligheidsmaatregel, hoofdzakelijk door de hoge kost die ermee gepaard gaat.

Thans is de vrijheid van de rechter beperkter en kan enkel mits een bijzondere motivering besloten worden om toch geen alcoholslot op te leggen. Rechters vullen dit dikwijls in door te stellen dat er in hoofde van de beklaagde sprake is van een blanco strafblad.

Betreft het een geval van recidivisme binnen de 3 jaar waarbij 0,5 miligram per liter wordt geblazen of 1,2 promille, is er sprake van nultolerantie en is de rechter absoluut verplicht een alcoholslot op te leggen zonder uitzonderingsmogelijkheid.

De minimumduur waarvoor het alcoholslot kan worden opgelegd is 1 jaar en de kostprijs ervan varieert tussen de 3.000 EUR en 5.000 EUR. Het is mogelijk de rechter te verzoeken om de kosten van dergelijk slot in mindering te brengen van de uitgesproken geldboete(s).

Wanneer men veroordeeld wordt tot een alcoholslot, geldt het rijbewijs van de betrokkene enkel voor het besturen van voertuigen waarin zich zo’n slot bevindt.

De straffen op niet-naleving van het alcoholslotprogramma bestaan uit een gevangenisstraf van 15 dagen tot 2 jaar en/of een geldboete van 500 tot 2.000 EUR (meer opdeciemen, zijnde op heden x 8), plus een rijverbod van minimum dezelfde periode als de periode voor het opgelegde alcoholslot.

De wetgever heeft aldus duidelijk gekozen voor een harde en repressieve aanpak in de strijd tegen alcohol in het verkeer. Het alcoholslot lijkt een positieve impact te hebben op de verkeersveiligheid en geeft meer ruimte aan veroordeelden om hun sociaal en professioneel verder te zetten. Doch brengt het zware financiële gevolgen met zich mee voor de betrokkene en is er weinig beoordelingsvrijheid voor de rechter.

Related Posts