In België werden in 2002 de rechten van de patiënt wettelijk vastgelegd met de Wet van 22 augustus 2002 betreffende de rechten van de patiënt. Vandaag, 20 jaar later, zijn deze rechten actueler dan ooit.
De patiënt wordt door de Wet gedefinieerd als de natuurlijke persoon aan wie gezondheidszorg wordt verstrekt, al dan niet op zijn of haar eigen verzoek (art. 2, 1°). Bij de behandeling van de patiënt, dient elke beroepsbeoefenaar waaronder de arts, verpleegkundige, kinesist, paramedische beroepen, … acht verschillende soorten rechten na te leven.
-
- Recht op vrije keuze van de beroepsbeoefenaar
De patiënt dient volledig vrij, zonder enige dwang of druk, te kunnen kiezen voor een bepaalde beroepsbeoefenaar of de keuze te maken van beroepsbeoefenaar te wijzigen.
Wenst de patiënt beroep te doen op een andere beroepsbeoefenaar, dan zal de vorige beroepsbeoefenaar op vraag van de patiënt het patiëntendossier zonder kosten voor de patiënt moeten overdragen aan de nieuwe beroepsbeoefenaar.
Wettelijk werden op het recht van vrije keuze wel een aantal uitzonderingen geregeld. Zo zal de vrije keuze van de patiënt niet gelden ingeval van een controle door een arts in kader van de arbeidsgeneeskunde of de sociale zekerheid, een dringende geneeskundige hulpverlening of omwille van praktische of organisatorische redenen (bijvoorbeeld de arts werkzaam op de wachtdienst).
-
- Recht op een kwaliteitsvolle dienstverstrekking
De patiënt heeft recht om zonder enig onderscheid op welke grond dan ook, zoals nationaliteit, geslacht, geaardheid, sociale klasse, inkomen, … een kwaliteitsvolle verzorging te verkrijgen die beantwoordt aan zijn of haar behoeften. Dit recht houdt ondermeer in dat de beroepsbeoefenaar voldoende tijd dient te nemen om de verzorging uit te voeren of voldoende tijd dient te nemen om met de patiënt bijvoorbeeld een slechte diagnose te bespreken.
-
- Recht op alle informatie die nodig is om inzicht te krijgen in zijn of haar gezondheidstoestand en de vermoedelijke evolutie ervan
De communicatie waarbij deze informatie wordt meegedeeld, dient steeds in duidelijke taal te gebeuren waarbij de patiënt kan kiezen om deze informatie hem of haar schriftelijk te bevestigen.
In uitzonderlijke gevallen waarbij het meedelen van bepaalde informatie een klaarblijkelijk ernstig nadeel voor de gezondheid van de patiënt kan berokkenen, mag de beroepsbeoefenaar deze informatie onthouden op voorwaarde dat de beroepsbeoefenaar hierover een andere beroepsbeoefenaar heeft geraadpleegd.
In dat geval dient de beroepsbeoefenaar de redenen hiertoe schriftelijk te motiveren in het patiëntendossier. Indien de patiënt zich laat bijstaan door een vertrouwenspersoon, kan de beroepsbeoefenaar wel deze persoon inlichten.
Van zodra het meedelen van de informatie niet langer een klaarblijkelijk ernstig nadeel voor de gezondheid van de patiënt oplevert, moet de beroepsbeoefenaar de informatie alsnog meedelen.
Recht om geïnformeerd, voorafgaandelijk en vrij toe te stemmen in iedere tussenkomst van de beroepsbeoefenaar
Opdat de patiënt op een geïnformeerde wijze kan instemmen met een bepaalde interventie, dient de beroepsbeoefenaar tijdig en voorafgaandelijk aan de patiënt bepaalde informatie over de interventie mee te delen, met name:
Het doel, de aard, de graad van urgentie, de duur, de frequentie, de voor de patiënt relevante tegenaanwijzingen, nevenwerkingen en risico’s verbonden aan de tussenkomst, de nazorg, de mogelijke alternatieven en de financiële gevolgen. De mogelijke gevolgen ingeval van weigering of intrekking van de toestemming, door de patiënt of de beroepsbeoefenaar relevant geachte verduidelijkingen, desgevallend met inbegrip van de wettelijke bepalingen die met betrekking tot een tussenkomst dienen te worden nageleefd.
-
- Recht op een zorgvuldig bijgehouden en veilig bewaard patiëntendossier
De beroepsbeoefenaar is verplicht een patiëntendossier bij te houden en dit veilig te bewaren. Op verzoek van de patiënt voegt de beroepsbeoefenaar door de patiënt verstrekte documenten toe aan het hem betreffende patiëntendossier.
Indien de patiënt inzage wenst te verkrijgen in zijn of haar patiëntendossier, dient de beroepsbeoefenaar ten laatste binnen de 15 dagen na ontvangst van dit verzoek hieraan gevolg te geven.
In dat geval heeft de patiënt recht op inzage van het volledige patiëntendossier, met uitzondering van de persoonlijke notities van de beroepsbeoefenaar en gegevens over derde personen.
-
- Recht op bescherming van zijn persoonlijke levenssfeer
De patiënt heeft steeds recht om informatie te verkrijgen over zijn of haar gezondheid.
Ter bescherming van de intimiteit van de patiënt, kunnen in principe enkel personen waarvan de aanwezigheid is verantwoord in het kader van de dienstverstrekking van de beroepsbeoefenaar, aanwezig zijn bij de zorg, de onderzoeken en de behandelingen, behoudens akkoord van de patiënt.
-
- Recht om een klacht neer te leggen
Indien bovenstaande rechten worden geschonden, heeft de patiënt het recht om bij de bevoegde ombudsfunctie een klacht neer te leggen.
Afhankelijk van waar de beroepsbeoefenaar werkzaam is, zal de patiënt zich moeten richten tot de ombudsfunctie van het ziekenhuis (indien de beroepsbeoefenaar werkt in een ziekenhuis) of de Federale Ombudsdienst Patiëntenrechten (indien de beroepsbeoefenaar niet werkt in een ziekenhuis).
Deze ombudsfunctie zal op een bemiddelende wijze trachten om op een onafhankelijke wijze en met inachtneming van het beroepsgeheim, een oplossing te bekomen.
-
- Recht op informatie over de status van de beroepsbeoefenaar en de verzekeringsdekking
Tot slot heeft de patiënt recht om informatie te verkrijgen over de vergunning of registratie van de beroepsbeoefenaar en over zijn verzekeringsdekking of dekking ivm de beroepsaansprakelijkheid.
Bron: Wet 22 augustus 2002 betreffende rechten van de patiënt, BS 26 september 2002.