Het zal u maar overkomen. Opeens staat een controleambtenaar voor uw deur om uw boeken en bescheiden inzake BTW te onderzoeken.
Kan u in dat geval de toegang aan de controleambtenaar weigeren?
Het WBTW
Het fiscaal visitatierecht is in het Wetboek van de belasting over de toegevoegde waarde voorzien in artikel 63.
In lid 1 en lid 2 valt te lezen dat de belastingplichtige de ambtenaren vrije toegang moeten verlenen tot de ruimten waar de activiteit wordt uitgeoefend.
Deze visitatie mag worden uitgeoefend op elk tijdstip en zonder voorafgaande verwittiging.
“Eenieder die een economische activiteit uitoefent, moet aan de ambtenaren die bevoegd zijn om de toepassing van de belasting over de toegevoegde waarde te controleren en in het bezit zijn van hun aanstellingsbewijs, op elk tijdstip en zonder voorafgaande verwittiging, vrije toegang verlenen tot de ruimten waar de activiteit wordt uitgeoefend teneinde hen in staat te stellen:
1° de boeken en stukken te onderzoeken die zich aldaar bevinden;
2° door middel van de gebruikte uitrusting en met de bijstand van de betrokkene de betrouwbaarheid na te gaan van de geïnformatiseerde inlichtingen, gegevens en bewerkingen, door onder meer de voorlegging ter inzage te vorderen van stukken die in het bijzonder zijn opgesteld om de op informatiedragers geplaatste gegevens om te zetten in een leesbare en verstaanbare vorm;
3° de aard en de belangrijkheid vast te stellen van de aldaar uitgeoefende werkzaamheid en van het daarvoor aangestelde personeel, alsook van de aldaar aanwezige koopwaren en goederen, met inbegrip van de produktie- en vervoermiddelen.
Als ruimten waar een activiteit wordt uitgeoefend moeten onder meer worden beschouwd de burelen, de fabrieken, de werkplaatsen, de opslagplaatsen, de bergplaatsen, de garages alsmede de als fabriek, werkplaats of opslagplaats gebruikte terreinen.”
Volgens lid 3 kan de ambtenaar zelfs ook andere ruimten betreden. Indien de ambtenaar evenwel de particuliere woning of bewoonde lokalen wenst te betreden dan kan dit slechts uitsluitend met de machtiging van de politierechter gebeuren en enkel tussen vijf uur ’s ochtends en negen uur ’s avonds.
“Met hetzelfde doel mogen die ambtenaren eveneens op elk tijdstip, zonder voorafgaande verwittiging, vrij binnentreden in alle gebouwen, werkplaatsen, inrichtingen, lokalen of andere plaatsen die niet in het vorige lid zijn bedoeld en waar in dit Wetboek bedoelde handelingen verricht of vermoedelijk worden verricht. Tot particuliere woningen of bewoonde lokalen hebben zij evenwel slechts toegang tussen vijf uur ’s morgens en negen uur ’s avonds en uitsluitend met de machtiging van de politierechter.”
Toestemming vereist of niet?
De wettekst spreekt over het “verlenen van vrije toegang”. Houdt dit in dat u toestemming moet verlenen aan de controleambtenaar?
Volgens recente rechtsleer moet uit “verlenen van vrije toegang” afgeleid worden dat er geen toegang mogelijk is zonder de toestemming van de belastingplichtige (I. DE TROYER EN L. VANDENBERGHE, Handboek fiscale procedure inkomstenbelastingen 2020, Antwerpen, Intersentia, randnr. 68).
U dient er aldus mee akkoord te gaan dat de controleambtenaar de beroepslokalen betreedt.
Maar wat als u hiermee niet akkoord gaat?
In dat geval oordeelde het Grondwettelijk Hof op 12 oktober 2017 (arrest nr. 116/2017, https://www.const-court.be/public/n/2017/2017-116n.pdf) dat de controleambtenaar zich niet met dwang de toegang tot de beroepslokalen mag verschaffen. Mocht de wetgever dit hebben beoogd, dan diende de wetgever volgens het Hof uitdrukkelijk in deze mogelijkheid te hebben voorzien met een duidelijk omschrijving van de voorwaarden daartoe. Dit is niet het geval.
Let wel, ingeval van een weigering tot medewerking van de belastingplichtige aan de visitatie oordeelde het Hof dat wel een administratieve boete of, bij een overtreding met bedrieglijk opzet of met het oogmerk om te schaden, een strafrechtelijke sanctie kan worden opgelegd. Daarnaast kan bij een weigering tot medewerking ambtshalve een aanslag worden gevestigd.
Het arrest van het Hof van Beroep te Brussel van 12 mei 2020 (rolnr. 2016/AF/13)
De zinsnede “verlenen van vrije toegang” wordt evenwel door het Hof van Beroep te Brussel geïnterpreteerd in die zin dat de belastingplichtige geen toelating dient te verlenen opdat de controleambtenaar de beroepslokalen kan betreden.
Het Hof van Beroep oordeelt dat de controleambtenaren van rechtswege toegang hebben en motiveert dit als volgt:
“Omwille van het feit dat fiscale wetsbepalingen strikt dienen te worden geïnterpreteerd meent het hof dat het onderzoek/de controle door de wet niet afhankelijk wordt gesteld van enige toelating van de betrokken belastingplichtige.
Het kan overigens niet de bedoeling van de wetgever geweest zijn om de controlerende ambtenaren pas toelating te verlenen tot de beroepslokalen na toelating van de belastingplichtige. Een zinvolle interpretatie van deze bepaling vereist dat de fiscale administratie niet afhankelijk is van een toelating van de belastingplichtige. Wanneer men art. 63 WBTW op die manier interpreteert voegt men een voorwaarde toe aan de wet.
Een formele toestemming was zodoende inzake niet vereist (vgl. Cassatie 16 december 2003, Arr. Cass., 2003, nr. 647: belastingambtenaren die een onderzoek doen in de beroepslokalen, zijn helemaal niet verplicht om eerst toestemming te vragen aan de belastingplichtige voor alles wat ze doen. De ambtenaren die het onderzoek doen, hebben niet alleen het recht om na te gaan welke boeken en stukken zich in de onderzochte beroepslokalen bevinden, maar ze mogen de boeken en stukken die ze daar aantreffen ook onderzoeken, zonder eerst de toestemming van de belastingplichtige te vragen).
Het interpreteren van artikel 63 WBTW alsof de belastingplichtige aanwezig zou dienen te zijn en zijn voorafgaandelijke toestemming zou dienen te geven zou er toe leiden dat de bedoeling van het artikel 63 WBTW volledig zou worden uitgehold: het spreekt voor zich dat o.m. de boeken en stukken die zich in de beroepslokalen bevinden, alsook de aanwezige personeelsleden en goederen wel eens grondig zouden kunnen verschillen van deze die aanwezig zijn wanneer het bezoek vooraf ter goedkeuring is voorgelegd aan de belastingplichtige.
Een zinvolle interpretatie van de verplichting tot vrije toegang vereist zodoende dat de belastingadministratie niet afhankelijk is van (formele) toestemming tot toegang van de belastingplichtige.”
Volgens het Hof van Beroep maakt het weigeren van de wettelijk voorziene toegang aan controleambtenaren van de BTW een ernstige inbreuk uit van de BTW-reglementering, wat een administratieve geldboete rechtvaardigt.
Wenst u hierover meer informatie dan kan u steeds terecht bij Eska-Law advocaten.