Riziv

Het kantoor is sinds jaren vertrouwd met de Riziv-reglementering en dit in het bijzonder voor de terugvorderingsprocedures van het Riziv ten aanzien van alle personen werkzaam in de gezondheidssector.


°                       °                       °

Als zorgverlener in de medische sector kan u te maken krijgen met een evaluatie of controle door het Riziv

Naast haar informatieopdracht, waarbij de Dienst voor de geneeskundige evaluatie en controle (DGEC), de zorgverleners nuttige informatie aanbiedt, heeft de DGEC namelijk ook een evaluatieopdracht en een controleopdracht.

I Evaluatie

U kan als zorgverlener door het Riziv geselecteerd worden voor een evaluatie van uw praktijk.

Zo een evaluatie door de DGEC heeft tot doel om een beeld te krijgen van het aanrekengedrag en praktijkvoering van de zorgverlener waarbij zowel het voorschrijfgedrag inzake geneesmiddelen en nomenclatuurverstrekkingen wordt geëvalueerd.

In dat kader kan de evaluatie leiden tot een geïndividualiseerde preventiebrief aan de betrokken zorgverlener indien deze geen uitleg kan geven voor zijn afwijkende werkwijze.

Indien nadien blijkt dat u als zorgverlener onvoldoende rekening heeft gehouden met de opmerkingen gegeven door het Riziv, kan de DGEC een bijkomende onderzoek opstarten.

Worden tijdens zo een evaluatie door de sociaal inspecteur feiten vastgesteld die wijzen op een inbreuk van de wetgeving (GVU-Wet), dan kan deze zelfs een proces-verbaal van vaststelling opstellen, wat zal leiden tot verder onderzoek.

II Controle

Bij zo een controle gaat DGEC de na of u als zorgverlener de geneeskundige verstrekkingen conform de wettelijke bepalingen (GVU-Wet) en voorwaarden heeft uitgevoerd. 

Zo gaat de DGEC na of er sprake is van een inbreuk op de GVU-wet.

De DGEC verzamelt hierbij gegevens over de facturatie van de geneeskundige verstrekkingen. Ook getuigschriften voor verstrekte hulp bij de ziekenfondsen en verhoren van uw patiënten en getuigen bezorgen het Riziv aanwijzingen.

Op basis van die gegevens zal de DGEC beslissen of verder onderzoek noodzakelijk is en welk gevolg daaraan wordt gegeven.

In totaal zijn er 10 categorieën van inbreuken:

        • categorie 1: verstrekkingen aanrekenen die niet werden uitgevoerd of verstrekkingen uitvoeren en aanrekenen tijdens een periode van verbod tot uitoefening van het beroep
        • categorie 2: verstrekkingen niet volgens de regels aanrekenen (“niet conform”) of verstrekkingen voorschrijven tijdens een periode van verbod tot uitoefening van het beroep
        • categorie 3: verstrekkingen aanrekenen die noch curatief, noch preventief zijn
        • categorie 4: overbodige of onnodig dure verstrekkingen uitvoeren
        • categorie 5: overbodige of onnodig dure verstrekkingen voorschrijven
        • categorie 6: bepaalde geneesmiddelen voorschrijven
        • categorie 7: niet-conforme documenten afleveren
        • categorie 8: aanzetten tot het voorschrijven of uitvoeren van overbodige of onnodig dure verstrekkingen
        • categorie 9: onterecht voorschotten ontvangen
        • categorie 10: de verplichte toepassing derdebetalersregeling niet naleven

 III. Verder onderzoek en sanctie

Indien de DGEC een vermoeden heeft van fraude en beslist dat een verder onderzoek noodzakelijk is, dan zal de procedure, de op te leggen maatregelen (terugbetaling van het onverschuldigde bedrag) en/of van de administratieve geldboete,  afhankelijk zijn van de categorie van inbreuk, het bedrag van de tenlastelegging en de waarde van de betwiste verstrekkingen.

Zo kan de procedure gevoerd worden voor de Kamer van eerste aanleg, dan wel voor de Leidend ambtenaar en kan de op te leggen boete een bedrag betreffen van min 50 EUR tot max. 250.000,00 EUR of een percentage tussen de 5% en 150% van het  terug te betalen bedrag.